Zeldzame 600 jaar oude vondst door inwoner Woensdrecht

WOENSDRECHT – Natuurgids Leo den Heijer deed op zondag 20 november de vondst van zijn leven. In het slik bij de Bocht van Bath stuitte hij op een geheel intact kannetje van Duits steengoed van circa 600 jaar oud.

Het kannetje moet er gelegen hebben vanaf de Quade Sint Felixvloed in 1530, toen oud Rilland verzwolgen werd door de golven. Het kannetje zoals bij Rilland werd gevonden, is van een type Duits steengoed dat van 1380 tot 1410 werd vervaardigd in Siegburg in Duitsland.

Duits steengoed is gemaakt van extra harde klei die in Duitsland gevonden wordt. Aardewerk gemaakt van deze klei is harder dan de roodbakkende klei die in Nederland voor aardewerk gebruikt werd. Hierdoor zijn kannen die van deze klei gemaakt zijn beter waterdicht en werden bijvoorbeeld gebruikt om bier in te doen. Hetzelfde aardewerk wordt in deze tijd nog steeds voor jeneverflessen gebruikt.

De vondst
Op zondag begeleidde den Heijer als gids zes dames uit Huijbergen, twee leden van AWN (Archeologische Werkgemeenschap Nederland) en 2 kinderen bij een natuurwandeling over de slikken bij Rilland-Bath. Dit is een beschermd natuurgebied waar alleen onder begeleiding van een gids gewandeld mag worden.

Langs de strekdam en de moerneringsputten, putten waar in de middeleeuwen turf gestoken werd, kwam het gezelschap bij een boomstronk die bij de plek staat waar het oude Rilland gelegen heeft. Deze boom stamde uit circa 1380, lang voordat Columbus Amerika ontdekte !

Al eerder waren er in deze omgeving funderingsresten gevonden. Oorspronkelijk werd aangenomen dat dit een boerderij geweest was maar in december 2015, toen er door de Westerschelde veel grond weggespoeld was, kwam er een ronde fundering van een vuurtoren boven de grond. De ‘boerderij’ bleek dus de vuurtorenwachterswoning te zijn.

Onder deze woning heeft een kelder gezeten van zo’n drieënhalve bij drieënhalve meter. Een kelder die bij de Quade Sint Felixvloed in 1530 volgelopen is. In deze kelder heeft het kannetje waarschijnlijk op een plank gestaan. Een plank die door al die tijd onder de grond al lang vergaan is.

Het verschil tussen eb en vloed in de Westerschelde bedraagt zo’n drie a vier meter en door de sterke stroming wordt al het aardewerk dat aan het oppervlak komt, kapot geslagen tegen de stenen die er liggen.

In de loop der jaren is de kelder onder de vuurtorenwachterswoning volgeslibt en door de muren er omheen en stenen die er boven lagen is het kannetje beschermd gebleven tegen de invloed van eb en vloed.

Den Heijer dacht eerst een scherf van een kan of pot in het zand gevonden te hebben maar toen hij de ‘scherf’ wilde oppakken bleek er tot zijn verbazing een compleet intact kannetje te liggen, iets wat hij in de tien jaren dat hij hier als gids rondloopt nog nooit eerder tegen was gekomen.

De vondst is uiteraard gemeld bij de archeoloog van de Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland en zal waarschijnlijk op den duur ergens in Zeeland tentoongesteld worden.

Foto’s: Elly Matthijssen